Skip to main content

Vrouwe Fortuna en WOII

By 1 oktober 2018februari 16th, 2021Geen categorie

In Kasteel Assumburg in Heemskerk waren tijdens de Tweede Wereldoorlog Duitse soldaten gelegerd. Jan Koopman woonde met zijn ouders en broers in een van de woningen van de Acht Zaligheden, pal achter het kasteel. Op een winterse dag in februari 1944 fietste hij van zijn werk in de Linoleumfabriek in Krommenie over de Communicatieweg naar huis. Hij zag dat soldaten het weiland achter het kasteel aan het afzoeken waren. Thuis vroeg hij wat er aan de hand was. Zijn oudste broer Jaap zei dat ze al uren bezig waren. Ze hielden pas op toen het helemaal donker was. Toen zijn moeder hem en de andere jongens aan tafel riep voor het avondeten, kwam broer Lou zwaaiend met een glimmend pistool de keuken in. ‘Handen omhoog!’  Er was paniek. Dat zochten de Duitsers dus. Stel je voor dat ze het wapen hier in huis zouden vinden! Het pistool werd snel buiten in het hooi verstopt. Tijdens het eten van de aardappelsoep beloofden alle gezinsleden plechtig dat ze tegen niemand iets zouden zeggen over de gevaarlijke vondst. Maar wat moesten ze nu? Jan zei dat het verzet er misschien iets mee zou kunnen doen. Een paar dagen later overhandigde hij het pistool aan verzetsman Duisterhof, directeur van de Linoleumfabriek.


Kasteel Assumburg

Dat Gerrit Stam op 1 december 2009 op 82-jarige leeftijd overleed aan de gevolgen van alvleesklierkanker, mag gerust een wonder heten. Hij had bij de razzia van 16 april 1944 opgepakt moeten zijn. De razzia was een represaille voor het doodschieten door het verzet van drie NSB’ers. Gerrit liep vroeg in de ochtend bij het station van Beverwijk toen een Duitse officier hem waarschuwde: ‘Sofort verstecken! Razzia!’  Wat een razzia was, wist hij niet, maar hij rende naar huis en verstopte zich in de kruipruimte onder de vloer. 486 Beverwijkse jongens en mannen werden die dag opgepakt. Straten werden afgezet, huis na huis werd doorzocht. Gerrit Stam werd niet gevonden. Zijn buurjongen werd wel opgepakt. Die stierf in een werkkamp in Duitsland. In de jaren na de oorlog was er het stille verwijt van de buurvrouw: waarom hebben jullie ons niet gewaarschuwd? De namen van de Beverwijkers die niet terug zijn gekomen uit Duitsland, staan op het oorlogsmonument bij het station van Beverwijk vermeld. Elke keer als ik de trein naar Amsterdam nam, kwam ik langs dat monument. En elke keer keek ik naar de plaats waar de naam Gerrit Stam, de broer van mijn moeder, had kunnen staan.

Een paar dagen voor de bevrijding fietste Jan Koopman van Heemskerk naar Winterswijk. Eindelijk zou hij zijn verloofde Edy weer treffen. Ze hadden elkaar sinds het uitbreken van de oorlog niet meer gezien. De tocht naar Winterswijk was moeilijk: er waren veel versperringen om vluchtende Duitsers en NSB’ers tegen te houden. De IJssel kon hij oversteken door de kapitein van de veerpont wat sigaretten te geven. Uiteindelijk bereikte hij Winterswijk, maar het weerzien met Edy verliep anders dan hij had verwacht. Zij had een Canadese soldaat ontmoet en ze zag Jan Koopman niet meer staan. Hij mocht die nacht op zolder slapen, maar de volgende dag moest hij toch echt weer naar huis.

In Heemskerk en Beverwijk werd een bevrijdingsfeest gevierd dat weken duurde. Het was op een van die feesten dat Jan Koopman en An Stam elkaar hebben ontmoet. Ze trouwden in 1954.

Paul Koopman

Digitaal monument voor de razzia in Beverwijk: www.razziabeverwijk.nl